Marleen van Boxel – WWLA IV

Marleen deed al jaren aan amateurtoneel toen zij als administratief medewerker bij Boertiengroep haar kans schoon zag het vak van trainingsacteur te onderzoeken. Ze deed mee aan een vijfdaagse training ‘Starten als trainingsacteur’ bij Boertien. Dat smaakte naar meer.

Hoe kwam je bij WWLA terecht?

De toelatingseisen die Boertiengroep stelde aan de vervolgopleiding (‘Nee, als je geen dramaopleiding hebt gedaan, mag je helaas niet meedoen’) maakte dat ik mijn ambitie om professioneel trainingsacteur te worden aanvankelijk in de ijskast deed. Maar het brandde. Geen ijskast tegen bestand.
Ik zocht verder en kwam bij WWLA terecht. Als zij het in je zien, krijg je de kans. En die heb ik met beide handen aangepakt.

Hoe geef jij nu vorm aan je vak?

Momenteel werk ik twee dagen per week als zelfstandig trainingsacteur. Dat combineer ik met een parttime baan bij een klein bedrijf, dat me de ruimte geeft om een acteerklus aan te nemen op dagen dat ik voor hen werk. Dan mag ik schuiven.
Het allerliefst zou ik fulltime als trainingsacteur aan de slag gaan, hoe leuk ik mijn parttime baan ook vind. Financieel durf ik dat nog niet aan. Die tijd komt nog wel, dat weet ik zeker.
Ondertussen werk ik voor drie vaste klanten, onder andere met een vaste trainer van Downside Up. Zij werken veel in het onderwijs.

Heb je contact met collega’s?

Jazeker! Ik ben heel actief op Linkedin en beheer voor de NVvT de Linkedingroep. Ik wil graag bijdragen aan het vak. Daarom deel ik werkvormen en zoek ik collega’s op. Ik werk ook samen met Marius Schalkwijk. Hij is net als ik WWLA’er, we zaten in hetzelfde jaar. We geven gergeld een gratis workshop aan trainers over non-verbale communicatie. Dat is indirect ook een marketingactiviteit.
Verder maak ik deel uit van het Belbin Ensemble, naar een idee van Gerty Hanekamp, ook een studiegenote van WWLA.
En dan hebben we nog onze intervisiegroep met de alumni van mijn jaar. De laatste keer ging het over ‘de schaamte voorbij’. Hoe ga je om met ethische dilemma’s of oordelen over jezelf. Die dingen kunnen je soms remmen. Fijn om daarover met collega’s te sparren.

Kun je een voorbeeld geven van zo’n dilemma?

Bij een van mijn eerste opdrachten werd me gevraagd een islamitische vrouw te spelen. Ik heb zelf die achtergrond niet. Hoe doe je dat als je van binnen naar buiten wilt spelen, zoals ik geleerd heb? Dus zonder uiterlijk vertoon en rekwisieten, terwijl het toch herkenbaar moet zijn. Ik koos er toen voor om wel met een licht accent te spelen. Het voelde dubbel, ik wil wel een herkenbaar personage neerzetten, maar niet stereotyperen.

En kun je uitleggen wat je bedoelt met ‘een oordeel over jezelf’?

Ik heb er wel een paar, zoals iedereen denk ik. Voor mij gold dat ik mezelf bijvoorbeeld niet als sexy of verleidelijk zag. Ik was vroeger best onzeker over mijn uiterlijk. Door dat oordeel, kon ik het niet spelen. Bij WWLA word je behoorlijk geconfronteerd met jezelf, op een hele goede manier. Ik leerde dat verleidelijk echt niet in je figuur zit. Het zit tussen je oren. En van daaruit werkt het door in hoe je beweegt. In je gedrag. Ik ontdekte dat ik sexy heel goed kon neerzetten. En dat ik er zelf ook in kon geloven. Nog steeds.

Wat is volgens jou ‘het gezicht’ van de WWLA’er?

Dat wij alumni allemaal op dezelfde manier zijn opgeleid: professioneel, gedegen en met veel aandacht voor persoonlijke en professionele ontwikkeling. Dat kan de markt alleen maar ten goede te komen. We hebben bijvoorbeeld geleerd om geloofwaardig en ook subtiel te spelen. ‘Rood’ (uit het DISC-model) hoeft niet te schreeuwen om als ‘rood’ herkend te worden. Less is more.

We zijn allemaal mensen die uit beginnende en soms zelfs al uit grote liefde voor het vak deze opleiding ingestapt zijn. En we kwamen er met nog grotere liefde weer uit.

Ik zou het wel heel goed vinden als ons vak beschermd zou worden. Ik merk dat trainingsacteurs met onvoldoende kwaliteit soms schade aanrichten bij deelnemers, die je bij een volgende training dan weer moet ‘repareren’. In dat kader is de Standaarddie Loes en André hebben ontwikkeld, een mooie stap in de goede richting.

Ik droom ervan dat er een dag komt, dat ik niemand meer hoef uit te leggen wat een goede trainingsacteur doet. Zoals een bakker niet hoeft uit te leggen wat hij maakt.

Welke tip zou jij collega trainingsacteurs willen meegeven?

Onderneem! Wacht niet tot het werk bij je aanbelt, maar ga de boer op. Als je bijvoorbeeld ergens een probleem signaleert of een behoefte, ga erop af en creëer een klus. Zo hoorde ik van een collega trainingsacteur, dat ze een uitzendbureau had benaderd, nadat ze had gemerkt dat de gesprekken van intercedenten geen schoonheidsprijs verdienden. Dat werd een mooie en zinvolle opdracht.

website Marleen

Portretfoto door: Simone Peerdeman